Wednesday, July 2

Hallo, deel 2 (the story continues...)

Okee, in de vorige blog beschreef ik mijn ervaringen in de Stationsstraatgarage, ofwel de 'Hallo-garage'. Het werd weer eens zo'n lang verhaal dat ik gewoon niet toekwam aan het onderwerp waarover ik het eigenlijk in eerste instantie over wilde hebben. Nu dus verder.

Ik ging gisteren (intussen al eergister, nee wacht... eer-eer-gisteren... Nee, wacht: eer-eer... Nou ja, maandag dus) naar de Mediamarkt en had me onderweg al voorgenomen in de 'Hallo-garage' te parkeren. Leuk leuk leuk! Toen ik aankwam bij Hoog Catherijne en me opstelde voor de garage, zag ik echter een ontmoedigende gebeurtenis: een auto die voor de ingang van de garage stond om in te rijden, kwam ineens achteruit gereden, maakte een snelle draai en sloot toen aan in de rij voor de Radboudgarage. Ik kon eigenlijk al raden wat er aan de hand was, maar toch reed ik zelf ook even de oprijstrook voor de 'Hallo-garage' op om poolshoogte te nemen. Ja hoor: vol. Neeeeeee! Mijn lievelingsgarage vol!

Bah. Nu moest ik in het Radboud gaan staan. Het vieze, donkere, naar pis stinkende Radboud. Bah. Bah bah bah. Nou ja, vooruit dan maar. Ik reed achteruit de oprijstrook af, keerde, en reed bij het Radboud de oprijstrook weer op. Ik drukte op de groene knop, wachtte geduldig op het automatische hek en reed binnen. Toen: schrik! Wat krijgen we nou! Dit was niet het Radboud dat ik kende! Dit leek wel... dit leek wel... de 'HALLO-GARAGE'!! Wauw! Wanneer was dit gebeurd?

Alles fonkelde als nieuw, de kleurtjes sprongen me tegemoet, een frisse bloemetjesachtige geur kwam door mijn raam naar binnen. Wauw! Wat een meevaller zeg! Met een voldane grijns op mijn gezicht reed ik door de spiksplinternieuwe garage, de banden van Paul (mijn auto) piepend en krakend op de vers aangebrachte glanscoating. Ik was zo overgelukkig met deze verstopte verrassing dat ik zeker drie verdiepingen heb doorkruist voordat ik besloot dan toch maar de auto te parkeren en me naar de lift te begeven.

Aangekomen bij het halletje stond er al een mevrouw te wachten op de lift. Er waren er twee: een linker en een rechter. Okee, dat spreekt een beetje voor zich. De mevrouw had al een op een knop gedrukt en nèt toen ik de hal binnenkwam ging de linkerlift open. Snel stapte ik achter de mevrouw aan en begaf me in de lift. De vrouw stond wat onderzoekend om zich heen te staren en gaf over het algemeen de indruk wat warrig te zijn. Overigens leek ze ook op Yeardley Smith (de stem van Lisa uit de Simpsons), maar dat terzijde.



Ik vroeg me af wat er met de mevrouw aan de hand was en volgde haar blik. Ze keek, zo bleek, naar het paneel met de liftknopjes en toen de deur zich sloot zag ik wat het probleem was: er was geen knopje voor de winkeletage op verdieping 1! Op de plek waar de knop had moeten zitten bevond zich een slotje. De andere verdiepingen hadden wel een knopje en ik keek Yeardley even aan: wat te doen? Stilzwijgend besloten we gezamenlijk dan maar naar verdieping twee te gaan en vanaf daar te bekijken hoe we bij de winkels zouden komen. Terwijl Yeardley op de knop duwde, zag ik een bordje boven het knoppenpaneel: DEZE LIFT STOPT NIET OP DE WINKELETAGE. Fijn. Handig. Lekker op tijd, hoor.

Hoewel Yeardley op de knop had gedrukt, gebeurde er bar weinig met de lift. Stil bleef hij hangen op de etage waar we ons al bevonden, zijn functie als lift verzakend. Net toen ik iets wilde zeggen en wellicht een actie ondernemen, klonk er een gekraak en begon de lift langzaam omhoog te klimmen. Tergend langzaam gingen Yeardley en ik omhoog, nog steeds niet sprekend en berustend in ons niet-winkeletage-bereikend lot.

PING klonk het en de deur aan de andere kant van de lift ging open. Voorzichtig slopen we eruit en keken om ons heen. We bevonden ons in een luxueus aangeklede lobby met een jaren-tachtig-look: roze voorkleed, gouden accesoires. Er was helemaal niemand, we hoorden geen enkel geluid en ook de wegwijsbordjes gaven ons geen enkele bruikbare hint over waarheen te gaan. Er ontstond de neiging om de lift weer in te duiken, maar helaas: de deuren sloten zich al... Even drentelden we een beetje rond in de lobby en toen kwam Yeardley op het goede idee om dan de andere lift maar eens te gebruiken. Uiteraard bevonden we ons nu aan de andere kant van de liftschacht, dus de linkerlift bevond zich nu rechts en vice versa. Derhalve kozen we nu wederom voor de linkerlift, in de hoop daar wel een knop te ontdekken die ons op de plaats van bestemming kon afleveren.

Yeardley drukte op de knop en we wachtten. En wachtten. En wachtten. Ik denk dat we wel vijf minuten hebben staan wachten op 's werelds langzaamste lift. Toen EINDELIJK de deuren zich openden, spoedden we ons naar het knoppenpaneel en ontdekten daar tot onze vreugde een knopje bij het cijfer 1! Geheel tegen de verwachting in was de lift erg snel, en binnen de kortste keren waren we op de winkeletage. We stapten naar buiten en ik wilde nog even iets vriendelijks zeggen tegen Yeardley, maar ze was al weg...

Aan de hand van deze twee verhalen (de 'hallo-garage' en 'Yeardley en de lift') heb ik geconcludeerd dat er iets aan de hand is met Stationsstraat en Radboud. Iets sinisters, iets mysterieus... Schijnbaar trigger ik iets in deze plaatsen die de vreemde gebeurtenissen doet voorkomen?

Ik kan in ieder geval niet wachten om weer eens in Utrecht te gaan parkeren!

No comments: